Aandelen

ECAR

iShares Electric Vehicles and Driving Technology UCITS ETF

Overzicht

BELANGRIJKE GEGEVENS: Kapitaalrisico. De waarde en het rendement van beleggingen kunnen dalen en stijgen, en zijn niet gegarandeerd. Beleggers verliezen mogelijk hun oorspronkelijke inleg.

Belangrijke informatie: De waarde en inkomsten van uw belegging kunnen variëren en uw initiële inleg is niet gegarandeerd. De waarde van aandelen en aandelengerelateerde effecten kan worden beïnvloed door dagelijkse schommelingen op de aandelenmarkten.

Alle aandelenklassen met valutahedging van dit fonds gebruiken derivaten om valutarisico's af te dekken. Het gebruik van derivaten voor een aandelenklasse kan een potentieel besmettingsrisico (ook bekend als spill-over) voor andere aandelenklassen in het fonds betekenen. De beheermaatschappij van het fonds waarborgt dat er geschikte procedures worden gebruikt om het besmettingsrisico voor andere aandelenklassen te minimaliseren. Via het uitklapvakje direct onder de naam van het fonds, kunt u een lijst van alle aandelenklassen in het fonds bekijken – aandelenklassen met valutahedging worden aangegeven door het woord 'Hedged' in de naam van de aandelenklasse. Daarnaast is een volledige lijst van alle aandelenklassen met valutahedging op aanvraag verkrijgbaar bij de beheermaatschappij van het fonds.
Loading

Risicometer

Risicometer

1
2
3
4
5
6
7
Lager risico Hoger risico
Lager rendement High-yield

Performance

Performance

Grafiek

Volledige grafiek bekijken

Deze grafiek toont de prestatie van het Fonds als percentage van het verlies of de winst per jaar over de laatste 4 jaar.

  2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023
Totaalrendement (%) 33,1 16,8 -27,4 26,5
Index (%) 33,2 17,0 -27,5 26,4
  Van
30/sep/2019
Tot
30/sep/2020
Van
30/sep/2020
Tot
30/sep/2021
Van
30/sep/2021
Tot
30/sep/2022
Van
30/sep/2022
Tot
30/sep/2023
Van
30/sep/2023
Tot
30/sep/2024
Totaalrendement (%)

per 30/sep/2024

11,76 41,99 -27,63 29,01 8,80
Index (%)

per 30/sep/2024

11,98 42,11 -27,68 28,79 8,89
  1 jr. 3 jr. 5 jr. 10 jr. Introd.
16,84 -3,60 7,57 - 6,78
Index (%) 17,02 -3,65 7,60 - 6,81
  YTD 1 mnd. 3 mnd. 6 mnd. 1 jr. 3 jr. 5 jr. 10 jr. Introd.
-3,62 -6,25 -4,61 -1,85 16,84 -10,42 44,03 - 45,32
Index (%) -3,46 -6,22 -4,56 -1,71 17,02 -10,56 44,24 - 45,52
In het verleden behaalde resultaten zijn geen richtlijn voor toekomstige resultaten en dienen niet als enige criterium te worden genomen bij de selectie van een product. De rendementsgegevens zijn gebaseerd op de nettovermogenswaarde (NVW) van het ETF, die mogelijk niet gelijk is aan de marktprijs van het ETF. Individuele aandeelhouders kunnen opbrengsten boeken die verschillen van het rendement van de NVW.

De getoonde cijfers hebben betrekking op de prestaties in het verleden. In het verleden behaalde resultaten vormen geen betrouwbare indicator voor toekomstige resultaten. Markten kunnen zich in de toekomst heel anders ontwikkelen. Het kan u helpen om te beoordelen hoe het fonds in het verleden werd beheerd

De prestaties van de aandelenklasse en de benchmark worden weergegeven in USD, de prestaties van de benchmark voor afgedekte fondsen worden weergegeven in USD.

De resultaten worden weergegeven op basis van een netto-inventariswaarde (NIW), en de bruto-inkomsten worden waar van toepassing herbelegd. De rendementsgegevens zijn gebaseerd op de netto-inventariswaarde (NIW) van het ETF, die mogelijk niet gelijk is aan de marktprijs van het ETF. Individuele aandeelhouders kunnen opbrengsten boeken die verschillen van het rendement van de NIW.

Het rendement van uw belegging kan stijgen of dalen door valutaschommelingen indien uw belegging in een andere valuta is dan degene die werd gebruikt in de berekening van de resultaten uit het verleden. Bron: Blackrock.

Kerngegevens

Kerngegevens

Netto-activa
per 20/nov/2024
USD 453.771.990
Introductiedatum
20/feb/2019
Valuta reeks
USD
Beleggingscategorie
Aandelen
SFDR-classificatie
Artikel 8
Total Expense Ratio
0,40%
Gebruik van winst
Herbeleggend
Domicilie
Ierland
Herwegingsfrequentie
Eens per jaar
UCITS
Ja
Beheerder
BlackRock Asset Management Ireland Limited
Bewaarder
State Street Custodial Services (Ireland) Limited
Bloomberg-code
-
Fondsomvang
per 20/nov/2024
USD 453.771.990
Introductie fonds
20/feb/2019
Basisvaluta
USD
Index
STOXX Global Electric Vehicles & Driving Technology NET Index (USD)
Uitgegeven aandelen
per 20/nov/2024
61.985.000
ISIN
IE00BGL86Z12
Rendement uit securities lending
per 30/sep/2024
0,10 %
Productstructuur
Fysiek
Methodologie
Optimalisatie
Uitgevende onderneming
iShares IV plc
Administrator
State Street Fund Services (Ireland) Limited
Einde boekjaar
31 mei

Portefeuille kenmerken

Portefeuille kenmerken

Aantal posities
per 19/nov/2024
88
Index-code
STXELVV
Bèta 3 jr.
per 31/okt/2024
1,00
P/B-ratio
per 19/nov/2024
1,50
Indexniveau
per 20/nov/2024
USD 3.488,56
Standaarddeviatie (3j)
per 31/okt/2024
25,52%
P/E-ratio
per 19/nov/2024
12,83

Duurzaamheidskenmerken

Duurzaamheidskenmerken

Duurzaamheidsmaatstaven geven beleggers specifieke niet-financiële informatie over een beleggingsproduct. In combinatie met andere maatstaven en informatie bieden ze beleggers de mogelijkheid fondsen te beoordelen op grond van bepaalde criteria op het gebied van milieu, samenleving en goed bestuur (ESG). Duurzaamheidsmaatstaven geven geen indicatie van het huidige of toekomstige rendement. Ze geven ook niet het risico/rendementsprofiel van een fonds weer. Ze worden uitsluitend gepubliceerd met het oog op transparantie en zo goed mogelijke informatie. Duurzaamheidsmaatstaven dienen niet op zich of geïsoleerd te worden bekeken, maar altijd in samenhang met andere typen informatie die beleggers kunnen gebruiken bij de beoordeling van een fonds.

De duurzaamheidsmaatstaven geven niet aan of en hoe ESG-factoren in het fonds geïntegreerd zijn. Tenzij anders aangegeven in de fondsdocumentatie en vastgelegd in het beleggingsdoel van een fonds, veranderen deze maatstaven op geen enkele wijze het beleggingsdoel en leiden ze niet tot een beperking van het beleggingsuniversum van een fonds. Ze geven ook niet aan dat het fonds een op ESG of Impact gerichte beleggingsstrategie zal volgen of bepaalde beleggingen zal uitsluiten. Raadpleeg voor meer informatie over de beleggingsstrategie van een fonds het prospectus van dit fonds.

Via onderstaande links kunt u meer lezen over de methodologie die MSCI hanteert bij de berekening van de duurzaamheidsmaatstaven.

MSCI ESG-Fondsrating (AAA-CCC)
per 21/sep/2024
A
MSCI ESG-kwaliteitsscore (0-10)
per 21/sep/2024
6,90
Wereldwijde classificatie van fondsen door Lipper
per 21/sep/2024
Equity Sector Consumer Discretionary
MSCI Gewogen Gemiddelde Koolstofintensiteit (ton CO2-eq/$ miljoen OMZET)
per 21/sep/2024
39,62
MSCI Impliciete Temperatuurstijging (0-3,0+ °C)
per 21/sep/2024
> 2,0 - 2,5 °C
MSCI ESG % Dekking
per 21/sep/2024
99,50
MSCI ESG-kwaliteitsscore – Percentiel peer
per 21/sep/2024
80,11
Fondsen in peergroup
per 21/sep/2024
186
MSCI Gewogen Gemiddelde Koolstofintensiteit % Dekking
per 21/sep/2024
99,42
MSCI Impliciete Temperatuurstijging % Dekking
per 21/sep/2024
99,42

Wat voor maatstaf is de Impliciete Temperatuurstijging (ITR)? Lees wat deze maatstaf inhoudt, hoe hij berekend wordt en welke aannames en beperkingen een rol spelen bij deze “toekomstgerichte” klimaatmaatstaf.

Klimaatverandering is één van de grootste problemen waar de mensheid ooit mee te kampen had en zal ook voor beleggers verstrekkende gevolgen hebben. Om de klimaatverandering aan te pakken hebben veel landen over de hele wereld het klimaatakkoord van Parijs ondertekend. Dit internationale akkoord beoogt de opwarming van de aarde ruim onder 2 °C te houden, ten opzichte van het pre-industriële gemiddelde. Het streven is de opwarming te beperken tot 1,5 °C, de wetenschappelijk berekende limiet om de meest catastrofale gevolgen van de klimaatverandering te voorkomen.


Wat is de ITR-maatstaf?

De ITR-maatstaf geeft een indicatie van de mate waarin een bedrijf of portefeuille is afgestemd op de temperatuurdoelstelling van de Overeenkomst van Parijs. ITR gebruikt open-source-decarbonisatietrajecten om de opwarming te beperken tot 1,55°C. Deze zijn afkomstig van het Network of Central Banks and Supervisors for Greening the Financial System (NGFS). Deze trajecten kunnen regionaal en sectorspecifiek zijn en stellen als doel om tegen 2050 de CO2-uitstoot tot netto nul te herleiden, in lijn met de industrienormen van de GFANZ-klimaatalliantie (Glasgow Financial Alliance for Net Zero). We gebruiken deze maatstaf voor alle BKG-scopes. MSCI heeft dit verbeterde ITR-model geïntroduceerd op 19 februari 2024.


Hoe wordt de ITR berekend?

De ITR wordt berekend door te kijken naar de huidige koolstofintensiteit van ondernemingen in de portefeuille van het fonds en de potentiële vermindering van de uitstoot van die ondernemingen in de loop van de tijd. Als de uitstoot van de totale wereldeconomie dezelfde trend zou volgen als de uitstoot van de ondernemingen in de portefeuille van het fonds zou de uiteindelijke opwarming van de aarde binnen de hier gegeven bandbreedte liggen.


Hierbij wordt aangetekend dat alleen de uitstoot door ondernemingen in deze berekening betrokken wordt. Een samenvatting van de methodologie van MSCI en de uitgangspunten van de berekening van de ITR vindt u hier.


Omdat de ITR-maatstaf deels berekend wordt op basis de potentiële vermindering van de uitstoot van ondernemingen in de portefeuille in de loop van de tijd, is het een “toekomstgerichte statistiek”, die als zodanig een beperkte geldigheid heeft. Daarom publiceert BlackRock de door MSCI vastgestelde Impliciete Temperatuurstijging voor zijn fondsen binnen een bepaalde bandbreedte. Deze bandbreedte is bedoeld om de onzekerheid in de berekening en de veranderlijkheid van de cijfers te ondervangen

Impliciete Temperatuurstijging

Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten en beperkingen van de ITR?

De ITR is een “toekomstgerichte statistiek”, die gebaseerd is op een model van de verwachte ontwikkeling in de toekomst. Dit model maakt gebruik van verschillende aannames. Ook de cijfers die in het model worden ingevoerd, zijn onderhevig aan beperkingen. Belangrijk is ook dat de ITR-cijfers aanzienlijk kunnen verschillen naar gelang van de bron van deze cijfers. Dit komt voort uit methodologische keuzes die de dataleveranciers maken (bijv. verschillen in de tijdshorizon, de soorten uitstoot die in de cijfers verwerkt zijn en de manier waarop uit de afzonderlijke cijfers voor ondernemingen het cijfer voor de totale portefeuille berekend wordt).

Er bestaat nog geen universeel vastgestelde manier om de ITR te berekenen. Er is niet universeel vastgesteld welke gegevens in de berekening moeten worden opgenomen. Op dit moment zijn niet voor alle markten en beleggingscategorieën dezelfde gegevens beschikbaar. Totdat meer cijfers beschikbaar zijn en deze cijfers accurater zijn, verwachten wij dat de manier waarop de ITR gemeten wordt zich zal blijven ontwikkelen, zodat de resultaten af en toe zullen verschillen. Het temperatuurbereik van een fonds kan veranderen naarmate de methoden verder worden ontwikkeld. Wanneer geen cijfers beschikbaar zijn en/of als ze wijzigen, zullen de geschatte resultaten variëren, vooral waar het gaat om de toekomstige uitstoot van een onderneming.

 

Met de ITR-maatstaf wordt geschat in hoeverre een fonds is afgestemd op de temperatuurdoelstelling van de Overeenkomst van Parijs op basis van een geloofwaardigheidsbeoordeling van de geformuleerde decarbonisatiedoelstellingen. Er is echter geen garantie dat deze inschatting waarheid wordt. De ITR is niet gebaseerd op real-time gegevens en kan in de loop van de tijd wijzigen; deze maatstaf is daarom onderhevig aan verandering en geeft niet altijd de actuele situatie weer.

 

De ITR geeft geen indicatie van het rendement of het risico van een fonds. Beleggers dienen niet uitsluitend op basis van deze maatstaf te beslissen om in een fonds te beleggen, maar dienen zich te baseren het prospectus en de essentiële-informatiedocument van het fonds. Deze inschatting en de bijbehorende informatie zijn niet bedoeld als aanbeveling om in een fonds te beleggen. Er is eveneens geen enkel verband tussen de ITR van een fonds en het toekomstige rendement van dit fonds.

Alle data komen van MSCI ESG Fund Ratings per 21/sep/2024, op basis van posities per 31/aug/2024. De duurzaamheidskenmerken van het fonds kunnen bijgevolg van tijd tot tijd verschillen van de MSCI ESG Fund Ratings.

Om in MSCI ESG Fund Ratings te worden opgenomen, moet 65% (of 50% voor obligatiefondsen en geldmarktfondsen) van de brutoweging van het fonds komen van effecten die door MSCI ESG Research zijn geanalyseerd (bepaalde contante posities en andere activasoorten die door MSCI voor ESG-analyse niet relevant worden geacht, worden verwijderd vóór de berekening van de brutoweging van een fonds; de absolute waarden van shortposities worden inbegrepen maar behandeld als niet-geanalyseerd), moeten de posities van het fonds minder dan een jaar oud zijn en moet het fonds minstens tien effecten hebben.

Betrokkenheid van bedrijfsleven

Betrokkenheid van bedrijfsleven

Maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven kunnen beleggers helpen om een uitgebreider beeld te krijgen van specifieke activiteiten waaraan een fonds via zijn beleggingen kan worden blootgesteld.


Maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven zijn niet indicatief voor de beleggingsdoelstelling van een fonds en, tenzij anders vermeld in de documentatie van een fonds en opgenomen in de beleggingsdoelstelling van een fonds, veranderen niet de beleggingsdoelstelling van een fonds noch beperken ze het beleggingsuniversum van het fonds. Er is ook geen indicatie dat een Fonds een ESG- of Impactgerichte beleggingsstrategie of uitsluitingsfilters zal toepassen. Raadpleeg het prospectus van het fonds voor meer informatie over de beleggingsstrategie van dat fonds.


Bekijk de MSCI-methodologie achter de maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven via onderstaande links.

MSCI – Controversiële wapens
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Kernwapens
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Vuurwapens voor civiel gebruik
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Tabak
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Overtreders van Global Compact van de VN
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Ketelkool
per 19/nov/2024
0,00%
MSCI – Oliezand
per 19/nov/2024
0,00%

Betrokkenheid van bedrijfsleven Dekking
per 19/nov/2024
100,00%
Percentage niet-gedekt Fonds
per 19/nov/2024
0,00%
De blootstellingen van BlackRock inzake betrokkenheid van het bedrijfsleven, zoals hierboven weergegeven voor Ketelkool en Oliezand, worden berekend en gerapporteerd voor bedrijven die meer dan 5% van hun inkomsten genereren uit ketelkool of oliezand zoals bepaald door MSCI ESG Research. Voor de blootstelling van bedrijven die inkomsten genereren uit ketelkool of oliezand (met een inkomstendrempel van 0%), zoals bepaald door MSCI ESG Research, geldt het volgende: voor ketelkool 0,00% en voor oliezand 0,00%.

Maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven worden berekend door BlackRock met behulp van gegevens van MSCI ESG Research die een profiel van de specifieke betrokkenheid van elk bedrijf verstrekt. BlackRock maakt gebruik van die gegevens om een overzicht te geven van alle posities en vertaalt dit in een blootstelling van de marktwaarde van een fonds aan de hierboven vermelde gebieden van betrokkenheid van het bedrijfsleven.


Maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven zijn enkel bedoeld om bedrijven te identificeren die MSCI heeft onderzocht en die betrokken zijn bij de gedekte activiteit. Hierdoor kan het zijn dat er extra betrokkenheid is in deze gedekte activiteiten waarover MSCI geen verslag doet. Deze informatie mag niet worden gebruikt om allesomvattende lijsten op te stellen van bedrijven zonder betrokkenheid. Maatstaven inzake de betrokkenheid van het bedrijfsleven worden enkel weergegeven indien minstens 1% van de brutoweging van het fonds bestaat uit effecten die door MSCI ESG Research zijn geanalyseerd.

Informatieverschaffing over duurzaamheid

Informatieverschaffing over duurzaamheid

Dit gedeelte bevat duurzaamheidsgerelateerde informatie over het Fonds, overeenkomstig artikel 10 van de SFDR.

A. Samenvatting

Het Fonds promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling. Het Fonds wordt passief beheerd en streeft ernaar de volgende ecologische en sociale kenmerken te promoten door de prestaties van de STOXX Global Electric Vehicles and Driving Technology Index, de Benchmarkindex, te repliceren: (1) uitsluiting van emittenten die betrokken zijn bij bepaalde activiteiten die geacht worden negatieve ecologische en/of sociale gevolgen te hebben; (2) uitsluiting van emittenten die geacht worden betrokken te zijn geweest bij ernstige ESG-gerelateerde controverses; (3) uitsluiting van emittenten die geacht worden algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden te hebben geschonden of dreigen te schenden; en (4) blootstelling aan beleggingen die kwalificeren als duurzame beleggingen.

Hoewel het Fonds geen duurzame beleggingsdoelstelling heeft, houdt het een minimumpercentage aan duurzame beleggingen aan. BlackRock beschouwt duurzame beleggingen als beleggingen in emittenten of effecten die bijdragen aan het behalen van een ecologische of sociale doelstelling, mits deze belegging geen ernstige afbreuk doet aan deze doelstellingen, en de ondernemingen waarin is belegd praktijken op het gebied van goed bestuur toepassen. Doordat het Fonds belegd is in een effectenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex van het Fonds, wordt een deel van de beleggingen van het Fonds aangemerkt als duurzame beleggingen.

De volgende beleggingen van het Fonds kwalificeren als duurzame beleggingen: (1) activiteiten die geacht worden een bijdrage te leveren aan positieve ecologische en/of sociale gevolgen, of (2) bedrijven die zich hebben verbonden aan een of meer doelstellingen voor de reductie van actieve koolstofemissie die zijn goedgekeurd door het Science Based Targets-initiatief (SBTi).

Bij elke herschikking van de index worden de ecologische of sociale indicatoren van alle beleggingen die als duurzaam kwalificeren, gescreend ten opzichte van bepaalde minimumwaarden. Wanneer een belegging is geïdentificeerd als zijn gerelateerd aan activiteiten die worden geacht zeer negatieve ecologische en sociale gevolgen te hebben, komt deze niet in aanmerking als duurzame belegging.

Het beleggingsbeleid van het Fonds bestaat erin te beleggen in een portefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex, en daarmee te voldoen aan de ESG-kenmerken van de Benchmarkindex (zoals nader omschreven in Hoofdstuk D. 'Beleggingsstrategie' hieronder). Door te beleggen in de effecten van de Benchmarkindex stelt de beleggingsstrategie van het Fonds het in staat om te voldoen aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex zoals bepaald door de indexaanbieder. Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren door de Benchmarkindex te repliceren, die bij de selectie van effecten voor de index bepaalde ESG-criteria hanteert.

Het Fonds stelt zich ten doel te beleggen in een effectenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex. Naar verwachting zal ten minste 80% van de activa van het Fonds worden belegd in effecten uit de Benchmarkindex of in effecten die voldoen aan de ESG-selectiecriteria van de Benchmarkindex. Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in duurzame beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie.

Het Fonds verbindt zich er momenteel niet toe te beleggen in activiteiten gerelateerd aan fossiel gas en/of kernenergie die voldoen aan de EU-Taxonomie.

Het Fonds streeft ernaar het rendement van de Benchmarkindex te repliceren, die afhankelijk van de gebruikte methodologie bepaalde ESG-criteria hanteert bij de effectenselectie. BlackRock controleert of het Fonds zich houdt aan de ecologische en sociale kenmerken die het Fonds wil promoten. De doelstelling van het Fonds is het rendement van de Benchmarkindex te repliceren. De ecologische en/of sociale kenmerken van het Fonds zijn geïntegreerd in de methodologie van de Benchmarkindex en in het kader van de monitoring van het Fonds wordt bij elke herschikking nagegaan of er afwijkingen zijn in het nakomen van de duurzaamheidsverplichtingen van het Fonds.

De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevens- en indexaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn.

BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methodologie en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzame beleggingsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector, waaronder indexaanbieders, staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. In sommige omstandigheden zijn gegevens niet beschikbaar, onvolledig of onnauwkeurig. Ondanks redelijke inspanningen om de informatie te verkrijgen, is deze niet altijd beschikbaar. In dat geval zal de indexaanbieder een beoordeling maken op basis van zijn kennis van de betreffende belegging of sector. In bepaalde gevallen kunnen gegevens betrekking hebben op acties die de emittent mogelijk pas achteraf heeft ondernomen, en geven ze niet alle mogelijke gevallen van ernstige afbreuk weer.

De Beleggingsbeheerder voert een due-diligence-onderzoek uit bij de indexaanbieders en onderhoudt een doorlopende dialoog met hen over de indexmethoden, waaronder de manier waarop ze criteria voor goed bestuur beoordelen, zoals uiteengezet in de SFDR. Dit omvat onder andere, voor elk van de bedrijven waarin wordt belegd, goede managementstructuren, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van de belastingwetgeving.

De Beleggingsbeheerder voert in het kader van de beleggingsstrategie van het Fonds geen directe engagementactiviteiten uit met de bedrijven/emittenten van de Benchmarkindex. De Beleggingsbeheerder onderhoudt een rechtstreekse dialoog met index- en gegevensaanbieders om betere analyses en meer stabiliteit in de ESG-statistieken te garanderen. Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

De Benchmarkindex is aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of het Fonds is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

B. Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit Fonds promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling.

Hoewel het Fonds geen duurzame beleggingsdoelstelling heeft, houdt het een minimumpercentage aan duurzame beleggingen aan. Doordat het Fonds belegd is in een aandelenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex van het Fonds, wordt een deel van de beleggingen van het Fonds aangemerkt als duurzame beleggingen.

De volgende beleggingen van het Fonds kwalificeren als duurzame beleggingen: (1) activiteiten die geacht worden een bijdrage te leveren aan positieve ecologische en/of sociale gevolgen, of (2) bedrijven die zich hebben verbonden aan een of meer doelstellingen voor de reductie van actieve koolstofemissie die zijn goedgekeurd door het Science Based Targets-initiatief (SBTi).

Bij elke herbalans van de index worden alle beleggingen die als duurzaam kwalificeren door de index leverancier gescreend op bepaalde minimumwaarden voor ecologische of sociale indicatoren. In het kader van de screeningcriteria die door de index leverancier worden toegepast, worden bedrijven beoordeeld op hun betrokkenheid bij activiteiten die geacht worden zeer negatieve ecologische en sociale gevolgen te hebben. Wanneer een bedrijf door de index leverancier is geïdentificeerd als betrokken partij bij activiteiten met zeer negatieve ecologische en sociale gevolgen, komt het niet in aanmerking als duurzame belegging. Door de Benchmark Index te volgen, waarin deze ecologische en sociale screens zijn verwerkt, heeft de Vermogensbeheerder bepaald dat bij elke herbalans van de index (of zodra dit na de herbalans mogelijk en praktisch uitvoerbaar is) de beleggingen van het Fonds die als duurzaam kwalificeren geen ernstige afbreuk zullen doen aan een ecologische of sociale duurzaamheidsdoelstelling in de zin van de toepasselijke wet- en regelgeving.

De verplichte indicatoren voor ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren (zoals uiteengezet in de technische reguleringsnormen (Regulatory Technical Standards, RTS) van de SFDR) worden in aanmerking genomen via de screeningcriteria die door de index leverancier worden toegepast bij de selectie van de index bestanddelen die als duurzaam kwalificeren.

Als gevolg van de screeningcriteria die door de index leverancier worden toegepast, zullen de volgende beleggingen uit de Benchmark Index niet als duurzame belegging worden aangemerkt: (1) bedrijven waarvan meer dan een bepaald percentage van de omzet afkomstig is uit activiteiten die verband houden met thermische steenkool (zoals bepaald door de index leverancier), die zeer koolstofintensief zijn en sterk bijdragen aan de uitstoot van broeikasgassen (rekening houdend met indicatoren met betrekking tot de uitstoot van broeikasgassen) (2) bedrijven met een Carbon Risk Rating van Sustainalytics van 4 of 5 die geacht worden een hoge of ernstige blootstelling aan koolstofrisico's te hebben (waarbij we rekening houden met indicatoren gerelateerd aan de uitstoot van broeikasgassen en het verbruik van hernieuwbare/niet-hernieuwbare energie) en (3) bedrijven met een ESG-controverse-rating van 4 of 5 die geacht worden betrokken te zijn bij hoge of ernstige ESG-gerelateerde controverses (onder meer in verband met biodiversiteit, water, afval en sociale thema's en arbeidsomstandigheden).

Uit de Benchmark Index worden ook de volgende bedrijven verwijderd: (1) bedrijven die zijn geclassificeerd als schender of mogelijke schender van algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden, zoals vastgelegd in de United Nations Global Compact (UNGC) principles, de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de onderliggende verdragen daarvan en (2) bedrijven waarvan is vastgesteld dat ze betrokken zijn bij activiteiten die verband houden met controversiële wapens (op grond van indicatoren voor betrokkenheid bij controversiële wapens).

Emittenten die zijn geclassificeerd als schender of mogelijke schender van algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden, zoals vastgelegd in de United Nations Global Compact (UNGC) principles, de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de onderliggende verdragen daarvan, worden uitgesloten van de Benchmark Index van het Fonds. Bij elke herbalans van de index past de Benchmark Index de bovenstaande uitsluitingscriteria toe.

C. Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product

Het Fonds wordt passief beheerd en streeft ernaar de volgende ecologische en sociale kenmerken te promoten door de prestaties van de STOXX Global Electric Vehicles and Driving Technology Index, de Benchmarkindex, te repliceren:
1. uitsluiting van emittenten die betrokken zijn bij bepaalde activiteiten die geacht worden negatieve ecologische en/of sociale gevolgen te hebben;
2. uitsluiting van emittenten die geacht worden betrokken te zijn geweest bij ernstige ESG-gerelateerde controverses;
3. uitsluiting van emittenten die geacht worden algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden te hebben geschonden of dreigen te schenden; en
4. blootstelling aan beleggingen die kwalificeren als duurzame beleggingen.

Die ecologische en sociale kenmerken worden bij elke herbalans van de index geïntegreerd via de selectie van de bestanddelen van de Benchmark Index van het Fonds. De Benchmark Index sluit emittenten uit van de STOXX World AC All Cap Index (de "Moederindex") die betrokken zijn bij bepaalde activiteiten die geacht worden negatieve ecologische of sociale gevolgen te hebben. De Benchmark Index sluit emittenten uit die betrokken zijn bij de volgende productcategorieën of activiteiten (of gerelateerde activiteiten):
• controversiële wapens
• wapens (zoals handvuurwapens en militaire diensten)
• thermische kolen
• kernenergie
• tabak
• conventionele en onconventionele olie en gas

Voor elke beperkte activiteit definieert de indexaanbieder de term "betrokkenheid". Dat kan gebaseerd zijn op het percentage van de omzet, een vastgelegde totale-omzetdrempel, of op basis van iedere verbinding met een activiteit waarvoor beperkingen gelden, ongeacht hoeveel omzet daaruit behaald wordt.

Emittenten die zijn opgenomen in de Moederindex en zijn geclassificeerd als schender of mogelijke schender van algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden, zoals vastgelegd in de United Nations Global Compact (UNGC) principles, de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de onderliggende verdragen daarvan, worden ook uitgesloten van de Benchmark Index. Ook emittenten waaraan Sustainalytics de controverse-rating 'ernstig' heeft toegekend, worden uitgesloten van de Benchmark Index. De ESG-controverse-rating die aan een emittent wordt toegekend, geeft weer in welke mate die emittent betrokken is bij activiteiten met negatieve gevolgen op het gebied van milieu, maatschappij en governance (ESG). Een ESG-controverse-rating kan verwijzen naar betrokkenheid bij activiteiten met een negatieve impact die verband houdt met milieukwesties zoals biodiversiteit en landgebruik, energiegebruik, broeikasgassen en andersoortige uitstoot, watergebruik en afvalkwesties. Een ESG-controverse-rating kan ook gebaseerd zijn op betrokkenheid bij activiteiten met een negatieve impact die verband houdt met sociale en governance-kwesties zoals omkoping, corruptie en discriminatie op het werk.

In 'Hoofdstuk L - Aangewezen referentiebenchmark' wordt verwezen naar informatiebronnen waarin de methode van de Benchmarkindex nader wordt omschreven.

D. Beleggingsstrategie

Het beleggingsbeleid van het Fonds is om te beleggen in een aandelenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de bestanddelen die zijn opgenomen in de Benchmark Index, die bepaalde ESG-criteria meeweegt bij het selecteren van bestanddelen. In 'Hoofdstuk C - Ecologische of sociale kenmerken van het fonds' wordt de index methodiek van de Benchmark Index nader omschreven.

Door te beleggen in de effecten van de Benchmarkindex stelt de beleggingsstrategie van het Fonds het in staat om te voldoen aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex zoals bepaald door de indexaanbieder. Indien een belegging niet meer aan de criteria voldoet, kan het Fonds deze alleen aanhouden totdat het betreffende effect geen deel meer uitmaakt van de Benchmarkindex en het mogelijk en praktisch haalbaar is (naar de mening van de Beleggingsbeheerder) om de positie te liquideren.

Het Fonds kan optimalisatietechnieken gebruiken om een rendement te behalen dat vergelijkbaar is met dat van de Benchmarkindex, wat inhoudt dat het is toegestaan om te beleggen in effecten die geen deel uitmaken van de Benchmarkindex, mits de prestaties van dergelijke effecten vergelijkbaar zijn (met een overeenkomstig risicoprofiel) met die van bepaalde effecten die wel deel uitmaken van de Benchmarkindex. Als het Fonds dat doet, bestaat zijn beleggingsstrategie erin alleen te beleggen in emittenten die deel uitmaken van de Benchmarkindex of in emittenten die op het moment van aankoop voldoen aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex. Als dergelijke effecten niet meer voldoen aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex, mag het Fonds dergelijke effecten alleen aanhouden tot de volgende portefeuilleherschikking en totdat het mogelijk en praktisch haalbaar is (naar de mening van de Beleggingsbeheerder) om de positie te liquideren.

De strategie wordt geïmplementeerd bij elke herschikking van de portefeuille van het Fonds volgend op de herschikking van de Benchmarkindex.

Het bindende fundament van de beleggingsstrategie van het Fonds bestaat erin te beleggen in een aandelenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex, en daarmee te voldoen aan de ESG-kenmerken van de Benchmarkindex.

Aangezien het Fonds gebruik kan maken van optimalisatietechnieken en kan beleggen in effecten die geen onderliggende bestanddelen van de Benchmark Index zijn, is de beleggingsstrategie van het fonds erop gericht te beleggen in emittenten in de Benchmark Index of in emittenten die op het moment van aankoop voldoen aan de ESG-vereisten van de Benchmark Index.

Indien een belegging niet meer aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex voldoet, kan het Fonds deze alleen aanhouden totdat het betreffende effect geen deel meer uitmaakt van de Benchmarkindex en/of het mogelijk en praktisch haalbaar is (naar de mening van de Beleggingsbeheerder) om de positie te liquideren.

Inaanmerkingneming van de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren

Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren door de Benchmark Index te volgen, die bij de selectie van de index bestanddelen bepaalde ESG-criteria hanteert. De Vermogensbeheerder heeft bepaald dat de hieronder genoemde belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) bij elke herbalans van de index worden beschouwd als onderdeel van de selectiecriteria van de Benchmark Index.

Het jaarverslag van het Fonds bevat informatie over de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren, zoals hieronder uiteengezet:
• Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen.
• Aandeel van beleggingen in bedrijven met locaties/activiteiten in of nabij biodiversiteitsgevoelige gebieden en waarbij de activiteiten van de bedrijven waarin wordt belegd negatieve gevolgen hebben voor die gebieden.
• Aantal tonnen lozingen in water van de bedrijven waarin wordt belegd per belegd kapitaal van EUR 1 miljoen, uitgedrukt als gewogen gemiddelde.
• Aantal tonnen gevaarlijk afval van de bedrijven waarin wordt belegd per belegd kapitaal van EUR 1 miljoen, uitgedrukt als gewogen gemiddelde.
• Blootstelling aan bedrijven die betrokken zijn geweest bij inbreuken op de beginselen van het Global Compact van de VN of de richtlijnen voor multinationale ondernemingen van de OESO.
• Blootstelling aan bedrijven die betrokken zijn bij de productie of verkoop van controversiële wapens.

Beleid voor goed bestuur

In de methode van de Benchmark Index zijn good governance-controles opgenomen. De index leverancier sluit bedrijven uit van de Benchmark Index op basis van hun ESG-controverse-score (een maatstaf voor de betrokkenheid van een emittent bij ESG-gerelateerde controverses), waarbij ook bedrijven worden uitgesloten die zijn geclassificeerd als zijnde in strijd met de United Nations Global Compact (UNGC) principles, zie 'Hoofdstuk C - Ecologische of sociale kenmerken van het Fonds'.

E. Aandeel beleggingen

Het Fonds stelt zich ten doel te beleggen in een effectenportefeuille die, voor zover mogelijk en praktisch uitvoerbaar, bestaat uit de effecten die zijn opgenomen in de Benchmarkindex.

Naar verwachting zal ten minste 80% van de activa van het Fonds worden belegd in effecten uit de Benchmarkindex of in effecten die voldoen aan de ESG-selectiecriteria van de Benchmarkindex. Bij elke herschikking van de index wordt de portefeuille van het Fonds dan ook geherbalanceerd in lijn met de Benchmarkindex, zodat ten minste 80% van de activa van het Fonds voldoet aan de ESG-selectiecriteria van de Benchmarkindex (dit omvat 20% van de activa van het Fonds die gekwalificeerd zijn als duurzame belegging) (zoals bepaald bij die herschikking).

Indien een belegging niet meer aan de ESG-vereisten van de Benchmarkindex voldoet, kan het Fonds deze aanhouden totdat het betreffende effect geen deel meer uitmaakt van de Benchmarkindex (of anderszins niet meer voldoen aan de ESG-selectiecriteria van de Benchmarkindex) en het mogelijk en praktisch haalbaar is (naar de mening van de Beleggingsbeheerder) om de positie te liquideren.

Op of rond het moment van herbalans van de index wordt telkens beoordeeld welke beleggingen van het Fonds als duurzame beleggingen kwalificeren, waarna de portefeuille van het Fonds wordt geherbalanceerd in lijn met de Benchmark Index. Als een belegging in de periode tussen twee herbalansen van de index niet langer als duurzaam kwalificeert, kan het percentage duurzame beleggingen van het Fonds dalen tot onder de minimumgrens.

Maximaal 20% van het totale vermogen van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen.

Het Fonds kan gebruikmaken van derivaten voor beleggingsdoeleinden en ten behoeve van efficiënt portefeuillebeheer in verband met de ecologische of sociale kenmerken die door het Fonds worden gepromoot. Wanneer het Fonds derivaten gebruikt om ecologische of sociale kenmerken te promoten, zijn alle ESG-ratings of -analyses waarnaar hierboven wordt verwezen, van toepassing op de onderliggende belegging.

Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in duurzame beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie.

Het Fonds verbindt zich er momenteel niet toe te beleggen in activiteiten gerelateerd aan fossiel gas en/of kernenergie die voldoen aan de EU-Taxonomie.

Dit Fonds verbindt zich er momenteel niet toe meer dan 0% van het vermogen te beleggen in overgangs- en ondersteunende activiteiten in de zin van de EU-Taxonomie.

Ten minste 20% van de activa van het Fonds wordt belegd in duurzame beleggingen. Deze duurzame beleggingen zullen duurzame beleggingen zijn met ofwel een ecologische doelstelling die niet noodzakelijkerwijs aansluit bij de EU-Taxonomie ofwel een sociale doelstelling (ofwel een combinatie van beide). De combinatie van duurzame beleggingen met een ecologische of sociale doelstelling kan in de loop van de tijd variëren, afhankelijk van de activiteiten van de bedrijven uit de Benchmark Index. Op of rond het moment van herbalans van de index wordt telkens beoordeeld welke beleggingen van het Fonds als duurzame beleggingen kwalificeren, waarna de portefeuille van het Fonds wordt geherbalanceerd in lijn met de Benchmark Index.

Andersoortige beleggingen kunnen cash, geldmarktfondsen en derivaten zijn. Dergelijke beleggingen mogen alleen worden gebruikt met het oog op efficiënt portefeuillebeheer, met uitzondering van derivaten die worden gebruikt voor de valuta-afdekking van aandelenklassen met valuta-afdekking.

De ESG-ratings of -analyses die door de indexaanbieder worden toegepast, zijn alleen van toepassing op derivaten als deze gekoppeld zijn aan afzonderlijke emittenten die door het Fonds worden gebruikt. Voor derivaten op basis van financiële indexen, rentetarieven of valuta-instrumenten worden geen ecologische of sociale drempelwaarden gehanteerd.

F. Monitoren van de duurzame of sociale kenmerken

Doorlopende controle van de productintegriteit

BlackRock controleert of het Fonds zich houdt aan de ecologische en sociale kenmerken die het Fonds wil promoten. De doelstelling van het Fonds is het rendement van de Benchmarkindex te repliceren. De ecologische en/of sociale kenmerken van het Fonds zijn geïntegreerd in de methodologie van de Benchmarkindex en in het kader van de monitoring van het Fonds wordt bij elke herschikking nagegaan of er afwijkingen zijn in het nakomen van de duurzaamheidsverplichtingen van het Fonds.

BlackRock controleert gegevens op Fonds- en indexniveau om bij elke herschikking na te gaan of het Fonds aan deze kenmerken voldoet.

BlackRock controleert ook de tracking error van het Fonds en rapporteert dit aan beleggers in de jaar- en halfjaarverslagen en -rekeningen. In het prospectus van het Fonds is ook informatie over de verwachte tracking error opgenomen.

G. Methodologieën

Het Fonds streeft ernaar het rendement van de Benchmarkindex te repliceren, die afhankelijk van de gebruikte methodologie bepaalde ESG-criteria hanteert bij de effectenselectie (hierboven omschreven in Hoofdstuk C en meer in detail in hoofdstuk L).

Methodologieën

Daarnaast worden de volgende methodologieën gebruikt om te meten in welke mate wordt voldaan aan de sociale of ecologische kenmerken die door het Fonds worden gepromoot:

De Benchmarkindex maakt gebruik van aanvullende screens. Raadpleeg voor meer informatie de indexmethodiek.

De Benchmarkindex maakt gebruik van ESG-controversegegevens van Sustainalytics. Raadpleeg voor meer informatie de indexmethodiek.

De Benchmarkindex maakt gebruik van Global Standard Screening (GSS) van Sustainalytics. Raadpleeg voor meer informatie de indexmethodiek.

De Benchmarkindex maakt gebruik van screens van Sustainalytics voor bedrijfsbetrokkenheid en UNGC-screens. Raadpleeg voor meer informatie de indexmethodiek.

Methodologie voor Duurzame Beleggingen

Duurzame beleggingen worden geïdentificeerd op basis van een vierdelige beoordeling:
(i) Bijdrage van de economische activiteiten aan ecologische en/of sociale doelstellingen;
(ii) Geen ernstige afbreuk doen;
(iii) Voldoet aan minimumwaarborgen; en
(iv) Goed bestuur (indien van toepassing).

Een belegging moet aan alle vier de onderdelen van deze test voldoen om als een Duurzame Belegging te worden aangemerkt. Duurzame Beleggingen zijn onderworpen aan een degelijk toezichtsproces om ervoor te zorgen dat aan de wettelijke normen wordt voldaan.

(i) Bijdrage van de economische activiteiten aan ecologische en/of sociale doelstellingen

Ecologische en sociale doelstellingen
BlackRock identificeert Duurzame Beleggingen die bijdragen aan de verwezenlijking van verschillende ecologische en/of sociale doelstellingen, waaronder, maar niet beperkt tot, alternatieve en hernieuwbare energie, energie-efficiëntie, preventie of beperking van verontreiniging, hergebruik en recycling, gezondheid, voeding, sanitaire voorzieningen en onderwijs en de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN en andere duurzaamheidsgerelateerde kaders (gezamenlijk "Milieu- en sociale doelstellingen").

Beoordeling van een economische activiteit
Een belegging wordt als een Duurzame Belegging aangemerkt (mits voldaan wordt aan de andere drie onderdelen):

Bedrijfsactiviteiten
• Er is systematisch vastgesteld, met behulp van gegevens van externe aanbieders, dat minimaal 20% van de inkomsten kunnen worden toegeschreven aan producten en/of diensten die bijdragen aan ecologische en/of sociale doelstellingen.

Bedrijfspraktijken
• De emittent een decarbonisatiedoelstelling heeft bepaald in overeenstemming met de Science Based Targets-initiatieven (SBTi) die bevestigd is aan de hand van gegevens van externe aanbieders. De SBTi's hebben tot doel een duidelijk omschreven traject te bieden voor bedrijven en financiële instellingen om de uitstoot van broeikasgassen (BKG's) te verminderen om in overeenstemming te zijn met de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs en om de ergste gevolgen van de klimaatverandering te helpen voorkomen.

Vastrentende effecten
• Als een fonds belegt in obligaties waarvan de opbrengsten worden aangewend voor een specifiek doel, is een dergelijke obligaties een Duurzame Belegging als het gebruik van de opbrengsten substantieel bijdraagt aan een ecologische en/of sociale doelstelling zoals bepaald aan de hand van een fundamentele beoordeling.

De Duurzame Beleggingen van een fonds kunnen een of meer van de bovenstaande ecologische en/of sociale doelstellingen hebben, afhankelijk van de beleggingsstrategie van het fonds. Wanneer wordt bepaald welke onderliggende beleggingen als Duurzame Belegging worden aangemerkt, kan BlackRock rekening houden met de door de indexaanbieder uitgevoerde beoordeling van duurzame beleggingen, of andere uitsluitingscriteria die zijn opgenomen in de indexmethodologie van de benchmark van het fonds.

(ii) Geen ernstige afbreuk doen aan ("DNSH")

Bij elke herschikking van de index worden de ecologische of sociale indicatoren van alle beleggingen die als duurzaam kwalificeren, beoordeeld ten opzichte van bepaalde minimumwaarden. In het kader van de beoordeling worden bedrijven beoordeeld op hun betrokkenheid bij activiteiten die geacht worden zeer negatieve ecologische en sociale gevolgen te hebben. Wanneer een bedrijf is geïdentificeerd als betrokken partij bij activiteiten met zeer negatieve ecologische en sociale gevolgen, komt het niet in aanmerking als duurzame belegging.

Wanneer het fonds belegt in obligaties waarvan de opbrengsten worden aangewend voor een specifiek doel, zoals groene obligaties, wordt de beoordeling uitgevoerd op uitgifteniveau en zal deze zijn gebaseerd op het gebruik van de opbrengst van de obligaties, die formeel en uitsluitend moet worden aangewend om het klimaat of andere ecologische of sociale duurzaamheidsdoeleinden te bevorderen. Bovendien zijn in het selectieproces van groene obligaties bepaalde minimumwaarborgen en uitsluitingscriteria opgenomen om blootstelling aan obligaties die verband houden met activiteiten die geacht worden zeer negatieve ecologische en maatschappelijke gevolgen te hebben, te voorkomen

De verplichte indicatoren voor ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren (zoals uiteengezet in de technische reguleringsnormen (Regulatory Technical Standards, RTS) van de SFDR) worden bij elke herschikking van de index in aanmerking genomen in de beoordeling van de beleggingen van het Fonds die als duurzaam kwalificeren.

Op basis van deze beoordeling worden de volgende beleggingen niet aangemerkt als Duurzame Belegging: (1) bedrijven die geacht worden minstens 1% van hun omzet te genereren uit activiteiten die verband houden met thermische steenkool, die zeer koolstofintensief zijn en sterk bijdragen aan de uitstoot van broeikasgassen (rekening houdend met indicatoren met betrekking tot de uitstoot van broeikasgassen) (2) bedrijven die geacht worden betrokken te zijn bij ernstige ESG-gerelateerde controverses (op grond van indicatoren voor de uitstoot van broeikasgassen, biodiversiteit, water, afval en sociale en werknemersaangelegenheden), en (3) bedrijven die geacht worden een achterstand te hebben op hun sectorgenoten op basis van hun hoge blootstelling aan significante ESG-risico's en hun onvermogen om deze te beheren (op grond van indicatoren voor de uitstoot van broeikasgassen, biodiversiteit, water, afval, niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen en genderdiversiteit in de raad van bestuur).

Bedrijven die zijn geclassificeerd als schender of mogelijke schender van algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden, zoals vastgelegd in de beginselen uit het Global Compact van de Verenigde Naties, de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de onderliggende verdragen daarvan, worden niet aangemerkt als Duurzame Belegging. Bedrijven waarvan is vastgesteld dat ze betrokken zijn bij activiteiten die verband houden met controversiële wapens (op grond van indicatoren voor betrokkenheid bij controversiële wapens) worden niet aangemerkt als Duurzame Belegging.

(iii) Voldoen aan minimumwaarborgen

Emittenten die zijn geclassificeerd als schender of mogelijke schender van algemeen aanvaarde internationale normen en standaarden, zoals vastgelegd in de beginselen uit het Global Compact van de Verenigde Naties, de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de OESO, de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de onderliggende verdragen daarvan, worden niet aangemerkt als Duurzame Belegging.

Goed bestuur

In de methode van de Benchmarkindex zijn governance-controles opgenomen. Bij elke herschikking van de index sluit de indexaanbieder ondernemingen uit de Benchmarkindex uit op basis van een ESG-controversescore (die de betrokkenheid van de emittent bij ESG-gerelateerde controverses meet) en sluit hij ondernemingen uit waarvan is vastgesteld dat ze inbreuk plegen op de beginselen van het Global Compact van de Verenigde Naties.

H. Databronnen en -verwerking

Databronnen

De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. Aladdin is het besturingssysteem waarmee de gegevens, de mensen en de technologie die nodig zijn om portefeuilles realtime te beheren, met elkaar in verbinding worden gebracht, en tevens de engine achter de ESG-analyse- en rapportagemogelijkheden van BlackRock. De Portefeuillebeheerders van BlackRock gebruiken Aladdin om beleggingsbeslissingen te nemen, portefeuilles te monitoren en toegang te krijgen tot indexgegevens die het beleggingsproces ondersteunen om de ESG-kenmerken van het Fonds te verwezenlijken.

ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevens- en indexaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. Deze datasets kunnen de belangrijkste ESG-scores, gegevens over koolstofuitstoot, maatstaven voor bedrijfsbetrokkenheid of controverses bevatten en zijn opgenomen in Aladdin-tools die beschikbaar zijn voor Portefeuillebeheerders en worden gebruikt in de beleggingsstrategieën van BlackRock. Dergelijke tools ondersteunen het volledige beleggingsproces, van onderzoek tot portefeuillesamenstelling, portefeuillemodellering en rapportage.

Genomen maatregelen om de kwaliteit van de data te waarborgen

BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methodologie en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzame beleggingsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

We beoordelen ESG-aanbieders en -gegevens op vijf kernpunten, die hieronder worden beschreven:
1. Gegevensverzameling: dit omvat onder andere het beoordelen van de onderliggende gegevensbronnen van de gegevensaanbieders, de technologie die wordt gebruikt om gegevens vast te leggen, het proces om onjuiste informatie te identificeren en eventueel gebruik van machine learning of benaderingen waarbij de gegevens door mensen worden verzameld. We nemen ook geplande verbeteringen in overweging.
2. Gegevensdekking: onze beoordeling richt zich onder andere op de mate waarin een gegevenspakket dekking biedt voor ons belegbare universum van emittenten en activaklassen. Dit houdt onder meer in dat we rekening houden met de manier waarop wordt omgegaan met moedermaatschappijen en hun dochterondernemingen, evenals het gebruik van geschatte of gerapporteerde gegevens.
3. Methodologie: onze beoordeling richt zich onder andere op de gebruikte methodologieën van externe aanbieders, waaronder hun benadering van het verzamelen en berekenen van gegevens, hoe ze deze afstemmen op sector- of reglementaire normen of kaders, materialiteitsdrempels en hun benadering van gegevenslacunes.
4. Gegevensverificatie: onze beoordeling richt zich onder andere op de manier waarop externe aanbieders de verzamelde gegevens verifiëren en hun processen van kwaliteitsborging, waaronder hun engagement bij emittenten.
5. Activiteiten: we beoordelen verschillende aspecten van de activiteiten van gegevensaanbieders, waaronder hun beleid en procedures (waaronder het in overweging nemen van belangenconflicten), de omvang en ervaring van hun gegevensonderzoeksteams, hun trainingsprogramma's en hun gebruik van externe dienstverleners.

Daarnaast neemt BlackRock actief deel aan eventuele relevante overlegstructuren met leveranciers over voorgestelde wijzigingen in de methodologie die betrekking hebben op datasets van externe aanbieders of indexmethodologieën, en geeft het uitgebreide feedback en aanbevelingen aan de technische teams van gegevensaanbieders. BlackRock onderhoudt vaak een permanente dialoog met aanbieders van ESG-gegevens, waaronder aanbieders van indexen, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in de sector.

De wijze waarop de data worden verwerkt

De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. De geïntegreerde technologie van BlackRock stelt ons in staat om gegevens over emittenten en beleggingen te verzamelen op basis van diverse ecologische, sociale en governancemaatstaven en diverse gegevensaanbieders, en deze ter beschikking te stellen van beleggingsteams en andere ondersteunende en controlefuncties, zoals risicobeheer.

Gebruik van geschatte data

BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken. Gezien de huidige uitdagingen op datagebied baseert BlackRock zich op een aanzienlijke hoeveelheid geschatte gegevens over het belegbare universum, waarbij het aandeel van de geschatte gegevens per dataset kan variëren. We streven ernaar dat het gebruik van schattingen voldoet aan de richtlijnen en dat we over de nodige documentatie beschikken en transparant kunnen zijn over de door gegevensaanbieders gehanteerde methoden. BlackRock erkent dat de datakwaliteit en -dekking moeten worden verbeterd en blijft werken aan de ontwikkeling van de datasets waar onze beleggingsprofessionals en andere teams gebruik van maken. Indien vereist krachtens de lokale regelgeving van een land, worden expliciete gegevensdekkingsniveaus voor de fondsen vermeld. BlackRock streeft ernaar om inzicht te hebben in het gebruik van geschatte gegevens in indexmethodologieën en zich ervan te vergewissen dat ze een degelijke aanpak hanteren die in overeenstemming is met de toepasselijke reglementaire vereisten en indexmethodologieën.

I. Methodologische en databeperkingen

Methodologische beperkingen

Duurzaam beleggen is iets dat voortdurend in ontwikkeling is, zowel wat betreft de inzichten binnen de sector als het regelgevende kader op regionaal en mondiaal niveau. BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen en haar beleggingsmethodologieën controleren, om te zorgen voor afstemming naarmate de regelgeving verandert. Als gevolg hiervan kan BlackRock op elk moment deze informatie en de gebruikte methodologieën en databronnen bijwerken naarmate de marktpraktijken veranderen of er nieuwe richtlijnen beschikbaar worden.

De screening van een Benchmarkindex op zijn ESG-criteria wordt door indexaanbieders over het algemeen alleen uitgevoerd op het moment van herschikking van de index. Bedrijven die voorheen voldeden aan de screeningcriteria van een Benchmarkindex en daarom zijn opgenomen in de Benchmarkindex en het Fonds, kunnen onverwachts of plotseling worden getroffen door een ernstige controverse die een negatieve invloed heeft op hun koers en dus op de prestaties van het Fonds. Als deze bedrijven bestaande componenten van de Benchmarkindex zijn, blijven ze in de Benchmarkindex en dus ook in de portefeuille van het Fonds tot de volgende geplande herschikking (of periodieke herziening), wanneer het betreffende bedrijf geen deel meer uitmaakt van de Benchmarkindex en het mogelijk en praktisch haalbaar is (naar de mening van de Beleggingsbeheerder) om de positie te liquideren. Een Fonds dat een dergelijke Benchmarkindex volgt, voldoet tussen twee indexherschikkingen (of periodieke indexherzieningen) in mogelijk niet meer aan de ESG-criteria totdat de Benchmarkindex opnieuw is herschikt volgens zijn indexcriteria. Op dat moment wordt ook het Fonds herschikt in overeenstemming met zijn Benchmarkindex. Evenzo kunnen indexmethodologieën die zich verbinden tot een minimumpercentage aan Duurzame Beleggingen ook tussen twee herschikkingen in onder dat niveau dalen, waarna ze weer in overeenstemming worden gebracht op het moment van herschikking (of op een later tijdstip zodra dat praktisch haalbaar is).

Beperkingen met betrekking tot de databronnen worden hieronder vermeld.

Databeperkingen

ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren.

Hoewel elke ESG-maatstaf zijn eigen beperkingen kan hebben, hebben databeperkingen in grote lijnen betrekking op:
• Een beperkte beschikbaarheid van bepaalde ESG-maatstaven vanwege verschillen in standaarden voor rapportage en informatieverschaffing die gevolgen hebben voor emittenten, regio's of sectoren.
• Nieuwe wettelijke rapportagestandaarden voor bedrijven met betrekking tot duurzaamheid die leiden tot verschillen in de mate waarin bedrijven in staat zijn hun rapportage in lijn te brengen met reglementaire criteria, waardoor sommige maatstaven een laag dekkingsniveau kunnen hebben.
• Inconsistentie in het gebruik en het aandeel van gerapporteerde versus geschatte ESG-gegevens bij verschillende gegevensaanbieders, gemeten over verschillende tijdsperioden, wat ten koste gaat van de vergelijkbaarheid.
• Geschatte gegevens kunnen per definitie afwijken van de werkelijke cijfers als gevolg van de aannames of hypothesen van gegevensaanbieders.
• Verschillen in standpunten of beoordelingen van emittenten als gevolg van verschillende methodologieën van aanbieders of het gebruik van subjectieve criteria. • De meeste ESG-rapportages en -informatieverschaffing van bedrijven vinden een keer per jaar plaats en het kost veel tijd om deze gegevens te produceren, wat betekent dat ze met vertraging worden geproduceerd vergeleken met financiële gegevens. Er kan ook sprake zijn van een inconsistente verversingsfrequentie van de gegevens bij verschillende gegevensaanbieders die dergelijke gegevens in hun datasets opnemen.
• De dekking en toepasbaarheid van gegevens over activaklassen en indicatoren kunnen variëren.
• Gegevens die betrekking hebben op de toekomst, zoals klimaatgerelateerde doelstellingen, kunnen aanzienlijk verschillen van historische en actuele maatstaven.

Zie het jaarverslag van het Fonds voor meer informatie over de berekeningswijze van maatstaven die worden weergegeven met duurzaamheidsindicatoren.

Duurzame Beleggingen en ecologische en sociale criteria

Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector, waaronder de indexaanbieder, staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren, rekening houdend met de reglementaire vereisten en de methodologieën van indexaanbieders.

BlackRock maakt gebruik van methodologieën en gegevens van externe indexaanbieders om te beoordelen of beleggingen ernstige afbreuk doen en of bedrijven praktijken op het gebied van goed bestuur hanteren. In sommige omstandigheden zijn gegevens niet beschikbaar, onvolledig of onnauwkeurig. Ondanks redelijke inspanningen om de informatie te verkrijgen, is deze niet altijd beschikbaar. In dat geval zal de indexaanbieder een beoordeling maken op basis van zijn kennis van de betreffende belegging of sector. In bepaalde gevallen kunnen gegevens betrekking hebben op acties die de emittent mogelijk pas achteraf heeft ondernomen, en geven ze niet alle mogelijke gevallen van ernstige afbreuk weer.

BlackRock voert grondig due-diligence-onderzoek uit naar duurzame-beleggingsmethodologieën van indexaanbieders om ervoor te zorgen dat deze in overeenstemming zijn met BlackRock's opvattingen over Duurzame Beleggingen.

J. Due Diligence

De Beleggingsbeheerder voert een due-diligence-onderzoek uit bij de indexaanbieders en onderhoudt een doorlopende dialoog met hen over de indexmethoden, waaronder de manier waarop ze criteria voor goed bestuur beoordelen, zoals uiteengezet in de SFDR. Dit omvat onder andere, voor elk van de bedrijven waarin wordt belegd, goede managementstructuren, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van de belastingwetgeving.

K. Engagementbeleid

Het Fonds

Het Fonds maakt geen gebruik van engagement om zijn bindende verplichtingen op het gebied van ecologische of sociale kenmerken of duurzame beleggingsdoelstellingen na te komen. De Beleggingsbeheerder heeft geen directe engagementactiviteiten met de bedrijven/emittenten uit de index, maar onderhoudt wel een rechtstreekse dialoog met index- en gegevensaanbieders om betere analyses en meer stabiliteit in de ESG-statistieken te garanderen.

Algemeen

Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock.

In welk geval engagement door een bepaald team van portefeuillebeheerders specifiek wordt geïdentificeerd als een van de middelen waarmee ze streven naar betrokkenheid bij ecologische, sociale en governance-kwesties binnen de context van de SFDR, de methoden waarmee de doeltreffendheid van een dergelijk engagementbeleid en de manieren waarop een dergelijk engagementbeleid kan worden aangepast als dit niet het gewenste effect bereikt (meestal uitgedrukt als een vermindering van de gespecificeerde belangrijkste ongunstige indicatoren), worden beschreven in het prospectus en de webpagina's van dit fonds.

Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Wanneer een relevant team van portefeuillebeheerders zich zorgen maakt over de manier waarop een bedrijf de geïdentificeerde ESG-kenmerken en/of belangrijkste ongunstige indicatoren benadert, kunnen ze ervoor kiezen om hun verwachtingen kenbaar te maken aan de raad van bestuur of het management van het bedrijf en kunnen ze door te stemmen op algemene vergaderingen aangeven dat bepaalde problemen niet zijn opgelost, in het algemeen door tegen de herverkiezing van bestuurders te stemmen die volgens hen verantwoordelijk zijn voor verbeteringen in de geïdentificeerde ESG-kenmerken of belangrijkste ongunstige indicatoren.

Los van de activiteiten van de afzonderlijke teams van portefeuillebeheerders heeft BlackRock, op het hoogste niveau en als onderdeel van zijn fiduciaire benadering, bepaald dat het op lange termijn in het belang van zijn klanten is om als een geïnformeerde, betrokken aandeelhouder goed bestuur te bevorderen. Bij BlackRock is dit de verantwoordelijkheid van het BlackRock Investment Stewardship-team. Hoofdzakelijk dankzij het werk van het BIS-team voldoet BlackRock aan de vereisten van de herziene aandeelhoudersrichtlijn ("SRD II") met betrekking tot engagement met beursgenoteerde bedrijven en andere partijen in het beleggingsecosysteem. Een exemplaar van het SRD II-engagementbeleid van BlackRock is te vinden op https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-shareholder-rights-directiveii-engagement-policy-2022.pdf.

De benadering van stewardship van BlackRock wordt uiteengezet in de Algemene Principes van BIS en de stemrichtlijnen op marktniveau. In de Algemene Principes van BIS wordt onze filosofie ten aanzien van stewardship uiteengezet, evenals onze visie op corporate governance en duurzame bedrijfspraktijken die de waardecreatie van bedrijven op lange termijn bevorderen. We erkennen dat de geaccepteerde standaarden en normen op het gebied van corporate governance per markt verschillen; we zijn echter van mening dat bepaalde fundamentele elementen van governance-praktijken wereldwijd inherent zijn aan het vermogen van een bedrijf om op lange termijn waarde te creëren. In onze marktspecifieke stemrichtlijnen wordt nader omschreven hoe het BIS-team de Algemene Principes implementeert – rekening houdend met lokale marktstandaarden en -normen – en hoe we stembeslissingen nemen met betrekking tot specifieke onderwerpen op aandeelhoudersvergaderingen. De algemene benadering van stewardship en engagement van BlackRock is te vinden op: https://www.blackrock.com/uk/professionals/solutions/shareholder-rights-directive en https://www.blackrock.com/corporate/about-us/investment-stewardship

Bij het uitvoeren van zijn engagementactiviteiten kan het BIS-team zich richten op bepaalde ESG-thema's, die worden beschreven in de stemprioriteiten van BlackRock: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-stewardship-priorities-final.pdf

I. Aangewezen referentiebenchmark

Het Fonds streeft ernaar de volgende ecologische en sociale kenmerken die het promoot te verkrijgen door de prestaties te repliceren van de STOXX Global Electric Vehicles and Driving Technology Index, de Benchmarkindex, waarin de ESG-selectiecriteria van de indexaanbieder zijn geïntegreerd.

Bij elke herschikking van de index past de indexaanbieder de ESG-selectiecriteria toe op de Moederindex om emittenten uit te sluiten die niet aan dergelijke ESG-selectiecriteria voldoen.

Bij elke herschikking van de index (of zodra dit na de herschikking redelijkerwijs mogelijk en praktisch haalbaar is) wordt de portefeuille van het Fonds ook geherbalanceerd in lijn met de Benchmarkindex.

De Benchmarkindex sluit emittenten die niet voldoen aan de ESG-selectiecriteria uit van de Moederindex, een brede marktindex. De uitgesloten ESG-selectiecriteria worden hierboven beschreven, zie 'Hoofdstuk C - Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product'.

De methode waarmee de Benchmark Index van het Fonds wordt samengesteld, is te vinden op de website van de index leverancier: https://stoxx.com/index/STXELVGR/

Ratings

Geregistreerde locaties

Geregistreerde locaties

  • Denemarken

  • Duitsland

  • Estland

  • Finland

  • Frankrijk

  • Hongarije

  • Ierland

  • Italië

  • Letland

  • Liechtenstein

  • Litouwen

  • Luxemburg

  • Nederland

  • Noorwegen

  • Oostenrijk

  • Polen

  • Portugal

  • Saoedi-Arabië

  • Singapore

  • Slowakije

  • Spanje

  • Tsjechië

  • Verenigd Koninkrijk

  • Zweden

  • Zwitserland

Posities

Posities

Beurscode emittent Naam Sector Beleggingscategorie Marktwaarde Weging (%) Nominale waarde Nominaal ISIN Koers Locatie Beurs Beursvaluta
Gedetailleerde posities en analyses bevat gedetailleerde informatie over de posities en een selectie van analyses.

Portefeuilleverdeling

Portefeuilleverdeling

per 19/nov/2024

% van totale marktwaarde

Categorieën Fonds
per 19/nov/2024

% van totale marktwaarde

Categorieën Fonds
De geografische positie heeft voornamelijk betrekking op de plaats van vestiging van de emittenten van de effecten die binnen het product worden aangehouden, bij elkaar opgeteld en vervolgens uitgedrukt als een percentage van de totale posities van het product. Deze kan echter in sommige gevallen de locatie weerspiegelen vanwaar de emittent van de effecten veel bedrijfsactiviteiten uitvoert.
De portefeuilleverdeling kan op ieder moment wijzigen.

Securities Lending

Securities Lending

Securities lending wordt in de bank- en beleggingssector veel toegepast en wordt streng gereguleerd. Het gaat hierbij om transacties waarbij effecten (bijvoorbeeld aandelen of obligaties) van een leninggever (het iShares fonds) worden overgedragen aan een lener, die in ruil een onderpand aan de leninggever verstrekt (als borgstelling), in de vorm van aandelen, obligaties of contanten, en een leenvergoeding betaalt. Deze vergoeding levert voor het fonds aanvullende inkomsten op, die de totale kosten (Total Cost of Ownership) van een ETF kunnen verlagen.

 

Securities lending is voor BlackRock een kernactiviteit die deel uitmaakt van efficiënt fondsbeheer. BlackRock beschikt hiertoe over gespecialiseerde trading- en research-teams en eigen technologie. Het securities lending-programma is er volledig op gericht cliënten een beter absoluut rendement te bieden, terwijl het risico beperkt blijft. Fondsen die deelnemen aan dit securities lending-programma ontvangen 62.5% van de inkomsten hieruit, terwijl BlackRock 37.5% van de inkomsten ontvangt en alle operationele kosten van de uitleentransacties betaalt.

  Van
30/sep/2014
Tot
30/sep/2015
Van
30/sep/2015
Tot
30/sep/2016
Van
30/sep/2016
Tot
30/sep/2017
Van
30/sep/2017
Tot
30/sep/2018
Van
30/sep/2018
Tot
30/sep/2019
Van
30/sep/2019
Tot
30/sep/2020
Van
30/sep/2020
Tot
30/sep/2021
Van
30/sep/2021
Tot
30/sep/2022
Van
30/sep/2022
Tot
30/sep/2023
Van
30/sep/2023
Tot
30/sep/2024
Rendement uit securities lending (%) 0,03 0,02 0,05 0,12 0,10
Gem. uitgeleend (% van AUM) 16,70 9,06 12,69 14,07 15,36
Max. uitgeleend (% van AUM) 34,00 19,47 25,02 28,87 27,15
Onderpand (% van lening) 111,77 111,22 107,59 111,17 111,16
De bovenstaande tabel geeft de beschikbare Securities Lending gegevens weer.

De informatie in de tabel “Samenvatting Leningen” wordt niet weergegeven voor fondsen die korter dan 12 maanden gebruik hebben gemaakt van securities lending. De weergegeven cijfers hebben betrekking op resultaten in het verleden. In het verleden behaalde resultaten zijn geen betrouwbare indicator voor toekomstige resultaten. Het beleid van BlackRock is om rendementsgegevens openbaar te maken met een vertraging van één maand. Dit betekent dat het rendement van 01/01/2019 tot 31/12/2019 openbaar kan worden gemaakt vanaf 01/02/2020. 

Het maximale uitgeleende percentage kan in de loop der tijd stijgen of dalen.

Het primaire risico bij securities lending is dat de lener zijn verplichting om de geleende effecten terug te geven, niet kan nakomen, terwijl de contante waarde van het onderpand lager is dan de kosten van het terugkopen van de effecten.
per 19/nov/2024
Productcode Naam Beleggingscategorie Weging (%) ISIN SEDOL Beurs Locatie
De onderpandgegevens op deze pagina worden weergegeven op dagen waarop een fonds dat gebruik maakt van securities lending, een lening heeft openstaan.

De informatie in de tabel “Inhoud onderpand” heeft betrekking op het mandje effecten dat in het kader van het securities lending-programma door het betreffende fonds als onderpand verkregen is. De hier gegeven informatie is verkregen uit interne en externe bronnen die door BlackRock als betrouwbaar worden beschouwd; BlackRock kan niet garanderen dat deze informatie volledig en accuraat is. De lezer dient geheel naar eigen oordeel te bepalen of hij op deze informatie wil vertrouwen. Het primaire risico bij securities lending is dat de lener zijn verplichting om de geleende effecten terug te geven, niet kan nakomen, terwijl de contante waarde van het onderpand lager is dan de kosten van het terugkopen van de effecten. Dit tekort leidt tot een verlies voor het fonds.
De onderstaande tabel geeft de Lening/onderpand-combinaties en onderpandpercentages voor onze Europese Lening fondsen.
Type onderpand
Leningtype Aandelen Staats-, supranationale en gedelegeerde obligaties Contanten (niet voor herbelegging)
Aandelen 105%-112% 105%-106% 105%-108%
Staatsobligaties 110%-112% 102.5%-106% 102.5%-105%
Bedrijfsobligaties 110%-112% 104%-106% 103.5%-105%

We aanvaarden ook geselecteerde fysieke replicatie van ETF's op aandelen, staatsobligaties, kredieten en grondstoffen als onderpand.

De onderpandrichtlijnen zijn afhankelijk van het type onderpand en de lening combinatie. De mate van overpanding kan tussen de 102.5% en 112% variëren. In deze context betekent ‘oververpanding’ dat de totale marktwaarde van het aangehouden onderpand hoger is dan de totale waarde van de uitgeleende effecten. Deze onderpandrichtlijnen worden regelmatig geëvalueerd en kunnen worden aangepast.
Het primaire risico bij securities lending is dat de lener zijn verplichting om de geleende effecten terug te geven, niet kan nakomen, terwijl de contante waarde van het onderpand lager is dan de kosten van het terugkopen van de effecten.

Beursnoteringen

Beursnoteringen

Beurs Code Valuta Datum notering Sedol Bloomberg-code RIC
London Stock Exchange ECAR USD 22/feb/2019 BHWTRR9 ECAR LN ECAR.L
Bolsa Institucional de Valores ECAR MXN 31/mrt/2020 BM61FJ4 ECARN MM -
Euronext Amsterdam ECAR EUR 03/sep/2021 BP2P7H3 - ECAR.AS
Xetra IEVD EUR 25/feb/2019 BHJVPP2 IEVD GY IEVD.DE
London Stock Exchange GCAR GBP 12/jan/2024 BRF6WB6 GCAR LN GCAR.L
Borsa Italiana ECAR EUR 11/jun/2019 BJYJ9L9 ECAR IM ECAR.MI
SIX Swiss Exchange ECAR USD 22/mrt/2019 BJFBH43 - ECAR.S

Prestatiescenario's PRIIP's

Prestatiescenario's PRIIP's

De EU-verordening betreffende verpakte retailbeleggingsproducten en verzekeringsgebaseerde beleggingsproducten (Packaged retail and insurance-based investment products, PRIIP's) schrijft de berekeningsmethodologie voor van vier hypothetische prestatiescenario's met betrekking tot hoe het product onder bepaalde omstandigheden zou kunnen presteren en de maandelijkse publicatie van de uitkomsten daarvan. De weergegeven bedragen zijn inclusief alle kosten van het product zelf, maar mogelijk niet inclusief alle kosten die u betaalt aan uw adviseur of distributeur. In de bedragen is geen rekening gehouden met uw persoonlijke fiscale situatie, die eveneens van invloed kan zijn op hoeveel u terugkrijgt. Wat u bij dit product ontvangt, hangt af van de toekomstige marktprestaties. De marktontwikkelingen in de toekomst zijn onzeker en kunnen niet nauwkeurig worden voorspeld. De getoonde ongunstige, gematigde en gunstige scenario's zijn illustraties van de slechtste, gemiddelde en beste prestatie van het product, die de input van referentie(s)/proxy over de laatste tien jaar kan omvatten.
Aanbevolen periode van bezit : 5 jaren
Voorbeeld belegging USD 10.000
Als u de belegging verkoopt na 1 jaar
Als u de belegging verkoopt na 5 jaren

Minimum

Er is geen minimum rendementsgarantie. U kunt uw belegging geheel of gedeeltelijk verliezen.

Stressscenario

Wat u kunt terugkrijgen na kosten
Gemiddeld rendement per jaar
5.580 USD
-44,2%
1.640 USD
-30,3%

Ongunstig

Wat u kunt terugkrijgen na kosten
Gemiddeld rendement per jaar
7.240 USD
-27,6%
8.790 USD
-2,6%

Gematigd

Wat u kunt terugkrijgen na kosten
Gemiddeld rendement per jaar
10.590 USD
5,9%
14.470 USD
7,7%

Gunstig

Wat u kunt terugkrijgen na kosten
Gemiddeld rendement per jaar
21.450 USD
114,5%
20.980 USD
16,0%

Het stressscenario laat zien wat u zou kunnen terugkrijgen in extreme marktomstandigheden.

Documenten

Documenten